Labels in het onderwijs

Worden er teveel labels in het onderwijs toegekend aan de leerlingen? Recent bleek uit het jaarverslag van de CLB’s in Vlaanderen dat steeds meer leerlingen een diagnose (label) krijgen die leidt tot extra hulpmaatregelen op school. Vooral de diagnoses ASS, ADHD en dyslexie werden opvallend meer gesteld dan het jaar voordien, met een stijging van in totaal maar liefst 20%. Het nieuws botste meteen op een queeste naar verklaringen, alsof we snel van een beschamende statistiek af moeten. Wij bekijken het echter graag positief: er komt meer erkenning voor moeilijkheden op school. Anderzijds vragen we ons af of we echt moeten zitten wachten op een diagnose vooraleer een kind de hulp krijgt die het nodig heeft.

De zoektocht naar verklaringen

Het CLB wees zelf naar het subsidiëringssysteem als verklaring. In een idee van pervers geldgewin zou een school immers bewust kunnen aansturen op een diagnose bij bepaalde leerlingen om zo meer subsidies op te strijken. Ook corona heeft een bijdrage geleverd: tijdens de pandemieperiode moesten ouders zelf controle houden over de studie-ijver van hun kinderen en probeerden velen zelf bijles te geven. Zo konden de ouders sneller leer- of concentratieproblemen doorzien, die anders lange tijd onopgemerkt blijven.

Pas hulp na een diagnose

Wat er ook van zij: leerlingen hebben in ieder geval vaak eerst een diagnose nodig vooraleer er hulp geboden wordt op school. Wij vinden het dan ook net een positieve tendens dat er meer diagnoses gesteld worden, als dat ook betekent dat die leerlingen (eindelijk) de leermaatregelen krijgen die ze verdienen. Veel leerkrachten vinden het immers maar een last om zich te moeten aanpassen aan allerhande individuele maatregelen voor een leerling. Ze vermijden dat dan ook liever. Bovendien moeten we helaas regelmatig vaststellen dat onkundige leerkrachten een gestelde diagnose zelfs ontkennen, en de geadviseerde maatregelen dan maar in de wind slaan.

Het kind centraal

Een goede leerkracht doet net het omgekeerde: hij kan de moeilijkheden bij zijn leerlingen onderkennen, en er ook adequaat mee omgaan. Een eerder gestelde diagnose kan natuurlijk helpen als vertaling van te verwachten moeilijkheden, zodat er al a priori correct op sterktes en zwaktes kan ingespeeld worden. Maar ook een leerling zonder diagnose verdient evenveel hulp.

Bij Leerwijzer willen we het kind terug centraal plaatsen en de hulp bieden als het dat nodig heeft, met of zonder diagnose, en onafhankelijk van subsidiëring. Een diagnose mag geen voorwaarde zijn voor het recht op kwaliteitsvol onderwijs.